Castell D'Encus
Bij Castell d’Encus gaan middeleeuwse tradities hand in hand met de moderne wetenschap. Toen Raül Bobet ooit op dit stuk land kwam was hij nog CEO van een van de grootste wijnhuizen ter wereld. Vermoeid van zijn drukke leven deed hij een dutje tussen de bomen, toen hij wakker werd wist hij dat dit zijn nieuwe uitdaging was. Op dit stuk land, wat vroeger ooit wijngaard was, wilde hij nieuwe druiven aanplanten om te laten zien dat Spaanse wijnen ook fris en elegant kunnen zijn.
Raül heeft een achtergrond als scheikundige en zo benadert hij de grond en het proces ook. Niets laat hij aan toeval over, maar tegelijkertijd heeft hij, door al deze kennis, ook zoveel controle over het proces dat hij de wijnen met zo min mogelijk interventie kan maken. Sommige van zijn top wijnen laat hij zelfs wild vergisten in grote bassins die rond het jaar 1200 door de monniken zijn uitgehakt in de rotsen op zijn wijngaarden. Castell D’ Encus is vernoemd naar de ruïne van een wachttoren die midden op het 93 hectare grote stuk grond ligt. Van die 93 hectare is slechts 29 beplant met druivenstokken, De rest is natuur. De gaarden liggen tussen de 600 en 1000 meter hoogte wat zorgt voor voldoende koele lucht om de druiven rustig te laten rijpen, daarnaast heeft dit kleine stukje land zo ongeveer elk type grondsamenstelling die een wijnmaker zich maar kan wensen. Raül Bobet wordt gezien als een van de allerbeste wijnmakers van Spanje en zijn wijnen kenmerken zich door frisheid, balans, elegantie en complexiteit. Hij heeft een hekel aan wijnen die te expressief zijn. Als een virtuoos dirigent stelt hij zijn wijnen samen en zorgt hij dat er geen valse noot de boventoon voert.