Wat heb ik lang lopen zeuren en leuren bij mijn lieve Chatobi collega’s. “Ik wil een Condrieu”, “Kunnen we geen condrieu vinden?”, “Wat echt mijn lievelingswijn is: een Condrieu”. En zo zie je maar: zeuren helpt. Maar niet zonder dat ik daar zelf ook hard voor heb gewerkt hoor! Na lamgeslagen te zijn met gore wijn op iets wat zichzelf de wijnbeurs van Parijs noemt sleepte ik mijn wijnvader Marcel mee naar ‘nog 1 stendje’. Daar stond Bryan, een ietwat verlegen jongen die eerst niet zo goed wist wat hij moest met deze directe Nederlanders. We zochten een goede Condrieu, en die had hij wel. Na ons eerst alles van zijn collega wijnmakers te hebben laten proeven, gaf hij in en schonk hij zijn eigen wijn voor ons uit. In onze hoofden ontstond iets wat je kan omschrijven als een orgasme meets kortsluiting. DIT WAS HET. Een aantal maanden later gingen we op bezoek. Bryan is zoals veel van onze Chatobi wijnmakers jong en wil het graag nét even anders doen. Hij maakt de condrieu klassiek, zoals zijn vader, maar ook een variant gelagerd op een betonnen ei. Steengoed. Hij is een ontzettend lieve, bescheiden wijnmaker met hart voor zijn wijnen en het gebied waar hij groot is geworden. Tijdens de lunch sprak hij zijn zorgen uit. Het wordt te droog. Misschien toch ooit andere druiven dan de Viognier in Condrieu? Die vraag leeft bij hem en andere jonge wijnmakers in de regio.